Hoe bevalt het buiten je comfortzone?

“Durf eens buiten je comfortzone te gaan.” Hoe vaak horen we dat niet, in veranderprocessen en ook in mijn vakgebied coaching. Buiten je comfortzone, zo lijkt de belofte, is iets te halen. Daar valt iets te leren wat nuttig, nodig of misschien wel mooi is. In het voorjaar van 2020 zijn we ineens collectief buiten onze comfortzone verzeild geraakt dankzij een onzichtbaar virus waarover we geen controle hebben. En hoe bevalt het? Hoe waarderen we het om buiten je comfortzone te leven en te werken?

Wittebroodsweken

Ik krijg de indruk dat niet veel mensen het kunnen waarderen. Misschien even, helemaal in het begin? De fase van een roze wolk waarop mensen dachten dat het vanaf nu allemaal beter en anders zou gaan: schone lucht, solidariteit, stilte, voor elkaar zorgen, meer duurzaamheid, zorgvuldig omspringen met de aarde enzovoort. De wittebroodsweken waren echter van korte duur.

Verzet

We zitten nu alweer enige tijd in een andere fase: irritatie, frustratie, verzet en het zoeken van ‘schuldigen’. Deze opeenvolgende en verschillende fasen schijnen een vast patroon te vormen bij calamiteiten. De eindfase van wennen aan een andere werkelijkheid, die zal ook nog wel een keer komen.

Innerlijke houding

Een dierbare relatie vroeg pas aan me hoe het met me gaat, “want ik heb al zo lang geen columns van je gelezen”. Gelukkig gaat het goed en sinds half mei had ik geen behoefte meer om iets te schrijven in een wereld vol corona-kakofonie.

Op 25 mei jl. schreef ik in mijn zesde coronablog onder andere over mijn innerlijke houding als respons op deze tijd. En ook dat het platform 30NOW voor mij daarbij behulpzaam is. Tijdens een van de lezingen op dit platform ging het over de kunst van het loslaten. Loslaten is een woord dat ik – net als die vermaledijde comfortzone – ook heel vaak hoor in veranderprocessen en in coaching.

Vastklampen

Loslaten begint juist aan de andere kant: bij vasthouden of vastklampen. Wat mij aanspreekt is, de manier waarop in de Boeddhistische traditie wordt uitgegaan van vier gebieden waarop vasthouden zich manifesteert.

  • Vasthouden aan aangename, zintuiglijke prikkels

In deze tijd bijvoorbeeld kun je vasthouden aan voortdurende berichtgeving op (social) media, of vasthouden aan lekker uitgaan of een borrel drinken op een gezellig vol terras. Kortom, aan al die prettige dingen die je nu eenmaal gewend was te doen.

  • Vasthouden aan opvattingen, meningen, opinies

Hoe dit gebeurt, kunnen we ieder moment van de dag overal ervaren, bij onszelf en bij anderen. Het kan een uitdagende oefening zijn om echt te luisteren naar iemand met een totaal andere opvatting.

  • Vasthouden aan rituelen of vaste gebruiken

Zo vond ik het nodig om vorige week ergens op te merken: “Dit is onze eerste vakantie van dit jaar.” Met die uitspraak hield ik vast aan mijn ritueel van reisjes maken, van met vakantie gaan.  Dat vakantiereisjes ‘moeten’, blijkt een populair ritueel te zijn.

  • Vasthouden aan ik, mij en mijn

Dit heet ook wel ego-gestuurd gedrag. Een voorbeeld daarvan zie ik in de onmenselijke aanduiding “dor hout” voor bejaarde of kwetsbare mensen. Als die lui worden opgeruimd, heb ik weer alle ruimte, is er voorrang voor mij, mijn werk en mijn generatie. Ik, ik, mij, mij, mijn, mijn …… 

Stilte, reflectie, openheid

Er is weinig fantasie voor nodig om te bedenken in welke wereld we zouden leven als we allemaal blijven vasthouden en soms begint het daar op te lijken. In de Boeddhistische traditie gaat het om de training van bewustzijn en opmerkzaamheid waar je aan vasthoudt. En dat in een atmosfeer van stilte, reflectie en openheid van geest en hart. Zo ontwikkel je geleidelijk veerkracht en het vermogen om los te laten. Noodzakelijk om je te kunnen aanpassen aan een veranderde werkelijkheid waar je geen controle over hebt. In coaching kun je je ook daarin oefenen. Vanaf nu neem ik me voor om daarbij de woorden ‘comfortzone’ en ‘loslaten’ niet in de mond te nemen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Er is altijd een keuze

Als je een apparaat koopt, zit er een gebruiksaanwijzing bij. Reuze handig, helemaal als de beschrijving in begrijpelijke taal is. Hoe anders verloopt het met onszelf. Als we op de wereld komen, zit er geen gebruiksaanwijzing bij. Het lijkt meer op “Zoek het maar uit.” Aanvankelijk heb je alleen de voorbeelden die je voorgeleefd krijgt van ouders en anderen in je omgeving. Later blijken de patronen die zo al heel jong ontstaan, niet altijd te werken. Dan ga je op zoek naar je specifieke gebruiksaanwijzing op jouw unieke levenspad.

Comfort sust in slaap

Zolang ons leven zich comfortabel voltrekt, is er niet veel aan de hand. Je hebt onderdak, eten en drinken, kleding, het is niet te koud en niet te warm. Het enige wat je uit balans kan brengen, zijn gedachten over het verleden of over de toekomst. Of gedachten waarin je je vergelijkt met anderen. Feitelijk is er echter geen probleem. Toen ik voor het eerst deelnam aan de 9-daagse School voor The Work van Byron Katie, beklaagde ik me na een paar dagen over het ontbreken van ‘echte’ uitdagingen. We waren gehuisvest op een prachtige plek, er wachtte ’s avonds een heerlijk bed, er was uitstekend voedsel. Kortom, wat was hier nu de uitdaging anders dan de gedachten die we geloofden? Gelukkig bood het programma daarna voor mij voldoende ‘echte’ uitdagingen.

Ongemak maakt wakker

Het leven biedt van zichzelf tal van ongemakkelijke ervaringen zoals kritiek en afwijzing, verlies en rouw, ziekte en handicaps. En soms zoeken we ongemak zelf op in bepaalde situaties en activiteiten. Pas door ongemak worden we gewekt uit onze tot dan comfortabele slaaptoestand. Of zoals iemand laatst tegen me zei: “Het is niet noodzakelijkerwijs plezierig. Het gaat over aanwezig zijn in de ervaring.” In zo’n ervaring kunnen we ontwaken, onze patronen doorzien en de gebruiksaanwijzing ontdekken die past.

Altijd verder en altijd anders

De afgelopen jaren heb ik verschillende bergtrajecten gelopen van de GR5 (Europees lange afstand wandelpad van Hoek van Holland naar Nice). Tijdens deze tochten is mijn motto ontstaan: ‘Het is altijd verder dan je denkt en het is altijd anders dan je denkt’. De juistheid van dit motto kon ik onlangs weer eens ervaren op de GR5 door de Frans/Zwitserse Jura. Allerlei gewoonten waarmee ik me in mijn dagelijks leven omring, vallen op zo’n tocht weg. Geen verzorgd uiterlijk, geen make-up, geen flatteuze kleding, geen goede nachtrust, geen dagelijkse latte macchiato, helemaal geen koffie, niet het voedsel dat ik graag eet, weinig comfort. Kortom, alle gebruikelijke identificaties vallen weg. Hoe denk ik dan, hoe voel ik me, hoe loop ik de 28-30 dagelijkse kilometers in de warmte omhoog en omlaag?

Er is altijd een keuze

Op het moment dat ik me overgeef aan een gedachte als ‘ik heb slecht geslapen’, sluit ik me af en wordt het zwaar. Zodra ik me alleen concentreer op de stap die ik nu zet, verandert alles in mijn lichaam. Mijn waarneming wordt anders, ik kan weer zien en horen (rivier, waterval, vogels) en ik ben ongelooflijk dankbaar voor wat schaduw van de bomen, een slok water en een verkoelend briesje. Heb ik mezelf beter leren kennen en mijn grenzen verlegd? Zeker en ik heb weer eens ervaren wat er gebeurt als je volledig aanwezig bent in een ongemakkelijke ervaring.

Blijven oefenen?

Om aanwezig te zijn, hebben we oefening nodig. Natuurlijk kun je de GR5 gaan lopen. Maar er zijn ook andere manieren. Bijvoorbeeld het programma voor mentale fitness dat ik vanaf november 2018 in Amersfoort aanbied. Een programma van 6 dagen groepstraining met aanvullende oefeningen dat duurt tot mei 2019.

Belangstelling? Vraag vrijblijvend informatie via margreet@odissea.nl.

 

Lees verder in de volgende afleveringen van de serie Gemoedsrust in ‘gewonigheid’:

  • Hoe houd je jezelf helder?
  • Van lijden naar leiden.

Al gepubliceerd:

Iets anders dan ‘fijne feestdagen’- 13 december 2017

Een ‘imperfecte’ realiteit – 30 december 2017

Van bestrijden naar waarnemen – 28 januari 2018

Wat ligt in je macht?  – 28 februari 2018

Van vastzitten naar losmaken – 29 maart 2018

Doe je aan mentale fitness? – 18 mei 2018

 

Doe je aan mentale fitness?

Als je aan je conditie wilt werken, vinden we het normaal om naar de sportschool te gaan. Beweging levert een bijdrage aan je fysieke conditie. Je kunt er ook nog je ‘hoofd mee leeg maken’, zoals ik ervaar na een flinke wandeling, een fietstocht of een rondje hard lopen. Uit de klassieke oudheid stamt het gezegde ‘Mens sana in corpore sano’: een gezonde geest in een gezond lichaam. Je kan dat opvatten als: wanneer het lichaam gezond is, is de geest dat ook. Maar is dat vanzelfsprekend? Zou je een ongezonde geest kunnen hebben in een gezond lichaam of een gezonde geest in een ongezond lichaam?

Hoe is je mentale conditie?

Er zijn ontelbare voorbeelden van mensen (inclusief mezelf) die fysiek gezond zijn en soms last hebben van hun geest, anders gezegd van hun gedachten. Gedachten waarvan je last hebt, gaan altijd over verzet tegen de realiteit. Bijvoorbeeld: ‘Ik voel me machteloos, omdat er zoveel onrecht is in de wereld’, ‘ik ben teleurgesteld, omdat mijn baas me niet waardeert’, ‘ik ben boos, omdat mijn collega haar verantwoordelijkheid niet neemt en er nog mee weg komt ook’, ‘ik ben ontevreden over mezelf, omdat …..’. Als je lijdt omdat je denken zich verzet tegen de realiteit, naar welke sportschool ga je dan voor je mentale fitness?

Het goede leven

Meestal word je niet mentaal fit door allerlei kennis van buiten toe te voegen, van deskundigen, uit theorieën of tests. In het klassieke onderwijs was mentale fitness een aparte discipline. Jezelf leren kennen door de ontmoeting met anderen en weten maat te houden, dát waren de beginselen van ‘het goede leven’. Dat goede leven stond centraal in de dialogen die Socrates voerde. Het waren geen gemakkelijke gesprekken over koetjes en kalfjes. Er ontstonden vaak meer vragen dan antwoorden, mensen raakten in verwarring en kwamen tot het besef dat beweringen die ze eerder met gemak hadden gedaan, bij nader inzien niet bleken te kloppen.  Ze werden geconfronteerd met hun niet-weten. Alom populair werd Socrates er niet mee. Uiteindelijk werd hij veroordeeld tot de gifbeker.

Werken aan je denkvermogen

Ik ben enthousiast over de Socratische dialoog in teams en groepen. Het is een prachtige manier van zelfonderzoek (indien goed begeleid), zowel individueel als collectief. Deze werkwijze kan een team verder brengen als lerend team, in visieontwikkeling, samenwerking en communicatie.

Een andere werkzame manier van vooral individueel zelfonderzoek is The Work van Byron Katie, een moderne werkwijze die een aantal overeenkomsten heeft met een Socratische dialoog. Een daarvan is dat beide werkwijzen uitgaan van een eigen situatie of ervaring. Het is dus heel concreet en persoonlijk. In het begin kunnen beide werkwijzen confronterend zijn of verwarring oproepen. Misschien een soort spierpijn van de nog ongetrainde geest? In beide werkwijzen beantwoord je vragen waardoor je verder gaat kijken dan je eerste en veelal automatische gedachten en reacties.

Waarom zou je aan mentale fitness doen? De aard en kwaliteit van je denken bepaalt wat je kunt waarnemen, hoe je je voelt, welke houding je hebt en hoe je handelt. Kortom, het gaat om je hele doen en zijn.

Blijven oefenen?

Het zijn werkwijzen die je moet leren en vervolgens blijven oefenen om er echt profijt van te hebben. Net zoals blijven oefenen om je spieren soepel te houden.

Ben jij ook toe aan mentale fitness? Blijf dan niet in je eentje worstelen, maar kom het doen samen met anderen.  Tussen november 2018 en mei 2019 bied ik in Amersfoort een mentaal fitness-programma van 6 dagen groepstraining en tussentijdse oefeningen.

Belangstelling? Neem dan contact op.

 

Lees in de serie ‘Gemoedsrust in ‘gewonigheid” de volgende afleveringen:

  • Er is altijd een keuze
  • Hoe houd je jezelf helder?
  • Van lijden naar leiden.

Al gepubliceerd over ‘Gemoedsrust in ‘gewonigheid’:

Iets anders dan ‘fijne feestdagen’– 13 december 2017

Een ‘imperfecte’ realiteit – 30 december 2017

Van bestrijden naar waarnemen – 28 januari 2018

Wat ligt in je macht?  – 28 februari 2018

Van vastzitten naar losmaken – 29 maart 2018

 

Van vastzitten naar losmaken

In de afgelopen weken, toen ik aan het schrijven was aan deze aflevering van mijn blogserie ‘Gemoedsrust in ‘gewonigheid’’, werkte ik met een aantal mensen samen die stuk voor stuk zeiden dat ze vast zaten in ‘oud’ gedrag en daardoor geen gemoedsrust hadden. En toen kreeg ik zelf ook te maken met ‘oud’ gedrag en verstoring van mijn gemoedsrust. Daarom in deze aflevering aandacht voor vastzitten in ‘oud’ gedrag en hoe daar losser in te worden.

Hittemoment

Mijn ‘oude’ gedrag stak de kop op tijdens een projectoverleg. Vol enthousiasme had ik aan bepaalde zaken gewerkt en ik verwachtte een soortgelijke instelling van de anderen. Die reageerden echter niet of nauwelijks, ze leken vooral afwachtend. Ik voelde mijn lichaamstemperatuur stijgen. Gevoelens van teleurstelling en ergernis kwamen op. Zo’n ervaring noem ik een hittemoment. Tijdens het overleg scande ik snel voor mezelf een aantal mogelijkheden, zoals er tegenin gaan of afhaken. Het werd innerlijk afhaken. Met een gedachte als “Ze zoeken het maar uit”. Na het overleg kwam er nog een bekende reactie voorbij, namelijk achteraf contact zoeken met anderen en dan natuurlijk alleen medestanders. Die mogelijkheid heb ik met een glimlach aan me voorbij laten gaan.

Reflexen belemmeren

Afhaken en het zoeken van medestanders zijn populaire reacties van verzet. Afhaken zit in de categorie vluchten/vermijden, medestanders zoeken valt onder vechten/verdedigen. Dan heb je ook nog verstijven/verkrampen of verstandelijk wegredeneren. Herken je dat deze reflexen niet écht werken? De functie ervan is om het onprettige gevoel weg te nemen dat de aanleiding teweeg brengt. In mijn geval hielpen de reflexen mij om mijn teleurstelling niet te voelen en weg te blijven van een gevoel van verdriet dat daaronder ligt. Reflexen zijn dus niet nutteloos, maar ze beperken je enorm in het zien en toepassen van ruimere mogelijkheden.

Reflexen als vertrekpunt

Een aanleiding van buiten (in mijn geval reacties die ik niet had verwacht) zet een reflex aan. Een aanleiding kies je niet, die doet zich vanzelf voor. Vervolgens heb je wel een keuze hoe daarmee om te gaan. Klinkt eenvoudig en dat is het niet! Een reflex-reactie gaat namelijk supersnel in een netwerk van allerlei gedachten die in de kern neerkomen op: “ik zie het zó en dat is beter dan hoe jij het ziet”. Vasthouden aan verwachtingen die vervolgens niet blijken te kloppen met de realiteit, is ook een perfecte vastzetter. Hoe kom je dan losser van je automatische reflex?

Flexibel en onafhankelijk

Al eerder heb ik in deze serie inspiratie gedeeld uit de stoïcijnse filosofie. Volgens deze benadering is gemoedsrust het gevolg van mentale flexibiliteit en emotionele onafhankelijkheid. Mentale flexibiliteit ontwikkel je door je gedachten te onderzoeken en dan ontdek je dat er altijd andere zienswijzen mogelijk zijn dan die van jezelf. Emotionele onafhankelijkheid klinkt misschien kil. Dat is het echter niet. Er wordt mee bedoeld dat je niet in de greep raakt van een aanleiding en een automatische reflex-reactie. En dat je je ook niet gevoelsmatig afhankelijk maakt van wat andere mensen (van je) denken of van wat ze wel of niet doen.

Oefenen met geduld

Het begint ermee om je eigen gevoeligheid goed te kennen en te herkennen als die zich voordoet (in mijn geval doelgerichtheid en enthousiasme die op gespannen voet staan met een meer afwachtende en onderzoekende instelling). De stap na de herkenning en erkenning is het verduren van het onprettige gevoel (teleurstelling, verdriet). Onderstaande oefening is behulpzaam bij het ontwikkelen van emotionele onafhankelijkheid. Het is geen ‘quick fix’. Een snelle oplossing bestaat soms voor een auto of een ander ding, maar nooit voor menselijk gedrag. Door geregeld te oefenen gaat het wel effect sorteren. Mentale flexibiliteit, daar ga ik volgende keer over schrijven.

Lees verder in de volgende afleveringen:

  • Emoties als signaal
  • Er is altijd een keuze
  • Hoe houd je jezelf helder?
  • Van lijden naar leiden.

Al gepubliceerd:

Iets anders dan ‘fijne feestdagen’- 13 december 2017

Een ‘imperfecte’ realiteit – 30 december 2017

Van bestrijden naar waarnemen – 28 januari 2018

Wat ligt in je macht?  – 28 februari 2018

 

Oefening

Zoek een rustige plek op waar je niet gestoord wordt. Breng je aandacht naar binnen. Ervaar een recent  hittemoment dat jij hebt meegemaakt.

Ken jezelf:

  • Wat was voor jou belangrijk in die situatie?
  • Wat zijn je waarden en overtuigingen die daaronder liggen?
  • Waar botsten die mee?

Herken je gevoeligheid:

  • Wat was je fysieke reactie? Bijvoorbeeld lichaamstemperatuur, ademhaling, spierspanning, buikgevoel, borstgevoel, druk hoofd.
  • Welke emoties kwamen op?
  • Wat was je reflex-reactie? Bijvoorbeeld vechten/verdedigen, vluchten/vermijden, verstijven/verkrampen of verstandelijk wegredeneren.

Erken je gevoeligheid:

  • Wat was precies de aanleiding die je gevoeligheid prikkelde?
  • Was het iets wat iemand zei?
  • Of was het iets wat iemand deed?
  • Herken je die gevoeligheid ook in andere situaties?
  • Kun je je gevoeligheid bondig onder woorden brengen? Bijvoorbeeld: “Ik ben iemand die enthousiast, doelgericht en hard kan werken. In mijn enthousiasme heb ik dan weinig of geen begrip voor mensen die er anders in zitten. ”

Verduur het onprettige gevoel:

  • Ervaar op de rustige plek waar je nu bent, het onprettige gevoel dat bij je hittemoment hoort.
  • Hoe is het om dit onprettige gevoel nu niet weg te werken?
  • Hoe is het om dit gevoel nu gewoon toe te laten?
  • Kun je ervaren dat het dan toch als vanzelf verdwijnt?

Concrete en haalbare stap:

  • Wat is in dit hittemoment voor jou een concrete en haalbare stap om voorbij je reflex te komen?
  • Is jouw eerste stap iets fysieks? Bijvoorbeeld: opstaan en even bewegen, bewust adem halen, een glaasje water halen, letterlijk even op je handen gaan zitten, een voorwerp vastpakken e.d.
  • Is jouw eerste (of volgende) stap iets mentaals? Bijvoorbeeld: tot 10 tellen, even helemaal niets doen, je realiseren dat je een gedachte gelooft die niet klopt met de realiteit.

 

 

 

Wat ligt in je macht?

“Sommige dingen hebben we in de hand, andere niet.” Dit is de eerste zin van het handboekje (encheiridion) van de Griekse filosoof Epictetus (50-120 n. Chr.). Eeuwenoude wijsheid en nog altijd actueel.  Deze derde aflevering van de serie over “Gemoedsrust in ‘gewonigheid’” gaat over onderscheid kunnen maken tussen wat je wel in de hand hebt en wat niet. En over wat er gebeurt als je dat onderscheid niet weet te maken.

Wat is een illusie?

Laatst vertelde iemand mij dat hij lang had geloofd dat hij het eeuwige leven had. Of zoals iemand anders eens zei: “Ik heb tot vorig jaar gedacht dat ik lid was van de club van eeuwig levende mensen”. Vroeg of laat krijgt ieder mens een ervaring die je doet beseffen dat dit natuurlijk niet waar is. En niettemin kunnen we – hoe intelligent we ook zijn – soms lang geloven in zo’n illusie. Misschien ook wel aangewakkerd door onze tijd en cultuur waarin de illusie van controle en maakbaarheid wordt gestimuleerd.

Epictetus heeft een mooi overzicht gemaakt van dingen die wel in onze macht liggen en van dingen die dat niet liggen.

Wat ligt niet in je macht?

Dit is de langste lijst. We hebben niet in onze macht ons lichaam, ons bezit, onze reputatie, onze baan, onze ouders, onze geliefde, onze vrienden, onze collega’s, onze baas, het weer, de economie, de politiek, de wereld, het verleden en de toekomst. En kijk eens naar jezelf en kijk dan ook eens om je heen. Hoe vaak zijn we niet bezig om van die lange lijst iets te vinden, om er iets aan te veranderen, om er iets van te bestrijden? Verspilde moeite en energie die meer frustratie dan gemoedsrust oplevert.

Wat ligt wel in je macht?

Dit is de kortste lijst. Er staat in feite maar 1 ding op: onze opvattingen. Het enige wat – met enige oefening – wel in onze macht ligt, zijn onze (voor)oordelen, interpretaties en overtuigingen. Kortom, onze opvattingen. Epictetus zegt dat we moeten leren onze macht uit te oefenen over onze gedachten en opvattingen. In plaats van de blik naar buiten te richten (op de lange lijst van dingen die niet in je macht liggen), gaat het erom je blik naar binnen te richten. En vervolgens je energie te besteden aan zaken die wel in je macht liggen. De volgende oefeningen gaan je daarbij helpen.

Oefening 1

Deze oefening is ontleend aan The Work van Byron Katie. Zij gaat ervan uit dat er slechts drie verschillende ‘zaken’ in het leven zijn:  de mijne, de jouwe en die van een hogere instantie. De hogere instantie kan van alles zijn: de God van je eigen interpretatie, het leven, de natuur, de organisatie, het beleid, de overheid, de samenleving e.d.

Als je een vervelend gevoel ervaart (boos, verdrietig, geïrriteerd e.d.), check dan eens in wiens zaak je zit? Je zult merken dat je dan altijd in andermans zaken zit, of in het verleden of in de toekomst, en dat je niet bij jezelf bent, in het hier en nu.

Wanneer ik in andermans zaken zit, of in het verleden of in de toekomst, reageer ik meestal met onbegrip of verontwaardiging. Wanneer ik bij mezelf ben, reageer ik vanuit stilte. In die stilte is er ruimte voor evenwicht, compassie en helderheid. Alleen dan kan ik creatief, effectief en efficiënt handelen. En dient zich aan wat ik te doen heb.

Oefening 2

De volgende regels zijn bekend als ‘Gebed om kalmte’. De oefening is om deze tekst regelmatig tot je te nemen.

Schenk mij de kalmte om te aanvaarden wat ik niet kan veranderen,

De moed om te veranderen wat ik kan veranderen

En de wijsheid om het verschil te zien.

 

Lees verder in de volgende afleveringen:

  • Van vastzitten naar losmaken
  • Emoties als signaal
  • Er is altijd een keuze
  • Hoe houd je jezelf helder?
  • Van lijden naar leiden.

Al gepubliceerd:

Iets anders dan ‘fijne feestdagen’- 13 december 2017

Een ‘imperfecte’ realiteit – 30 december 2017

Van bestrijden naar waarnemen – 28 januari 2018

Van bestrijden naar waarnemen

Dit is de tweede aflevering van een serie over “Gemoedsrust in ‘gewonigheid’”. Een introductie op dit thema vind je in mijn blog van 13 december 2017 ‘Iets anders dan fijne feestdagen’. In de aflevering van 30 december 2017 heb ik een oefening aangereikt voor als je je verzet tegen de realiteit. In deze aflevering ga ik in op een alternatief voor dit verzet: een houding van bewuste waarneming. Een totaal andere houding die een wereld van verschil maakt.

Herken je het volgende? Dat je (soms of vaak) in gedachten strijdt met wat er gebeurt (“dit had niet mogen gebeuren”), strijd voert met je omgeving (“hij/zij zou anders moeten zijn of doen”) of de strijd aangaat met jezelf (“ik zou anders moeten zijn dan ik nu ben”).

Oplossen is niet de oplossing

Een populaire reactie in dergelijke situaties is een verandering of verbetering willen realiseren. Simpel gezegd: ik ervaar een probleem en daar wil ik vanaf. Deze houding komt voort uit een ‘fixing mind’. Een van mijn klanten heeft hiervoor de toepasselijke term ‘Willem Bever-mind’ bedacht. Het zijn gedachten die er op gericht zijn om iets op te lossen of weg te werken.  Een prachtig instrument van de menselijke geest dat in praktische en materiële situaties geweldig werk verricht. In veel werkzaamheden wordt een beroep op deze kwaliteit gedaan. Denk bijvoorbeeld aan IT’ers, architecten, ingenieurs of chirurgen.

Omdat de fixing mind zo’n waardevol en krachtig instrument is, denken veel mensen dat dit het enige instrument is om problemen op te lossen. En dat is niet waar! De fixing mind is zelfs een groot obstakel in situaties zoals beschreven in de eerste alinea. Een mooie uitspraak die dat illustreert, is: “Waar teveel wil is, is de weg zoek.” Maar wat helpt dan wel? Een andere houding!

Ingrediënten voor andere houding

Wat die andere houding is, is moeilijk onder woorden te brengen. Het gaat om met aandacht aanwezig zijn zonder iets te willen oplossen. Een houding die voortkomt uit een ‘presencing mind’. Maar hoe doe je dat? Daarvoor is geen kant-en-klaar recept. De ingrediënten zijn wel bekend. Hoe je daarmee voor jezelf een werkzaam recept maakt, is voor ieder mens anders. Jouw recept ontdek je door regelmatige oefening. De eerste stap is signaleren dat je schiet in de fixing mind, daar vervolgens niet in doorgaan en dan een of meer van de volgende ingrediënten toepassen:

  • Bewust adem halen (in door je neus, uit door je mond)
  • In stilte zijn
  • Mediteren
  • Bewegen (niet prestatiegericht)
  • In de natuur zijn
  • Afwisselend bewuste aandacht voor een van je zintuigen (kijken, horen, voelen, proeven, ruiken)

Emoties ontstaan in je hoofd

Deze ingrediënten vormen de voorwaarde om je aandacht naar binnen te brengen. Dan leer je je binnenwereld, die bestaat uit een continue stroom van gedachten en emoties, (beter) kennen en kun je deze gaan onderzoeken. En ga je ontdekken dat nare emoties uitsluitend het gevolg zijn van ‘denkdingen’. Bijvoorbeeld:

Ik voel me teleurgesteld omdat de realiteit anders is dan ik had verwacht. Dat kan zijn in de vorm van een gebeurtenis, gedrag van iemand anders of van jezelf. Het ‘denkding’ dat het vervelende gevoel of de emotie veroorzaakt, komt neer op: ‘Wat ik verwacht moet werkelijkheid worden’.

Emoties ontstaan dus niet doordat je een gevoelsmens bent, maar doordat je in je hoofd zit. De hiervoor genoemde ingrediënten zijn behulpzaam om je hoofd af en toe minder dominant te laten zijn. En er is meer. Lees daarom verder in de volgende afleveringen:

  • Wat ligt in je macht?
  • Van vastzitten naar losmaken
  • Emoties als signaal
  • Er is altijd een keuze
  • Hoe houd je jezelf helder?
  • Van lijden naar leiden.

Al gepubliceerd:

Iets anders dan ‘fijne feestdagen’- 13 december 2017

Een ‘imperfecte’ realiteit – 30 december 2017

 

 

 

 

 

 

 

Als het (even) tegenzit … (2)

Als je de omstandigheden niet of nauwelijks kunt veranderen, welke keuze maak je om je te verhouden tot een niet gewenste situatie of relatie?

Want wanneer gaat het eigenlijk wel zoals tevoren bedacht, verwacht of zoals we graag willen? Met die vraag eindigde ik mijn vorige blog naar aanleiding van een team coaching waarbij alles anders liep dan bedacht, verwacht of zoals we graag wilden.

Een van de teamleden liet me later weten: “Ik heb veel gehad aan jouw vraag “wie kies je te zijn” tijdens onze bijeenkomst. Ik heb daardoor een fijne herfstvakantie gehad en ga weer met meer plezier naar mijn werk dan de maanden tussen de zomervakantie en de herfstvakantie.“

Vrij van reflexreacties

De vraag “Wie kies ik te zijn?” als het (even) tegenzit, klinkt eenvoudig en deze keuze daadwerkelijk in praktijk brengen is niet makkelijk. We kunnen pas echt een keuze maken, als we vrij zijn van reflex-reacties. Zolang er reflexen in ons zitten, zijn we niet in staat om bij tegenslag in ontspanning te kiezen wie te zijn.

Populaire reflexen

Er is een aantal populaire reflex-reacties. De eerste wordt  getypeerd door ‘verhalen’ waarin we soms verstrikt kunnen raken. Reflexen gaan dan als volgt: “Wie of wat is hiervan de oorzaak? Wie kan ik de schuld geven? Waarom gebeurt dit? Ik kan er niets aan doen. Het overkomt mij. Het is oneerlijk, onrechtvaardig, enzovoort.” Deze drama-reflex kan lang aanhouden in een ‘imperfecte’ realiteit.

Een tweede populaire reflex wordt getypeerd door te willen ‘fixen’, oplossen of wegwerken. Reflexen gaan dan als volgt: “Wat is er aan de hand? Wat is het probleem? Wat is de oplossing? Nee, dit werkt niet. Hebben we al geprobeerd. Is er nog een andere oplossing? Laten we het zo snel en doeltreffend mogelijk weer in orde maken. Terug naar hoe het was of naar een oplossing in de toekomst.” Deze reflex kost veel energie en levert frustratie op in omstandigheden die je niet of nauwelijks kunt beïnvloeden of veranderen.

Anti-drama

Ik voeg er nog een derde aan toe die iets minder opvalt dan de vorige twee. Die derde wordt getypeerd door een combinatie van ‘anti-drama’ en willen ‘fixen’; het is een soort van positiviteitsdrang en –dwang.  Omdat ‘positief zijn’ in onze cultuur wordt gewaardeerd, valt deze minder op. Reflexen gaan als volgt: “Ik wil onder geen beding slachtoffer zijn. Ik sta positief in het leven, dus ik kijk altijd vooruit. Ik moet hier boven staan, ik moet hiermee kunnen omgaan, ik moet flink/sterk zijn, enzovoort.” Deze reflex kan zo sterk zijn dat je ongemerkt voorbij gaat aan de gevoelens die horen bij het drama. Als je die gevoelens negeert of weg rationaliseert op basis van je wilskracht om jezelf te ‘fixen’, maak je geen vrije en ontspannen keuze. 

Drama en willen ‘fixen’ horen erbij

In een ‘imperfecte’ realiteit die je niet kunt veranderen bestaat de eerste stap uit het herkennen en erkennen van het drama in jezelf. Drama is niet negatief. Het is ook niet iets wat je hoeft af te wijzen. Het hoort er gewoon bij. Ook de neiging om te gaan ‘fixen’ – al ben je niet in staat om een situatie te veranderen –, is een normale en begrijpelijke reactie. Alleen iedereen weet uit eigen ervaring dat beide reacties je niet echt vooruit helpen. Wat dan wel?

In vier stappen

Om tot een vrije keuze te komen wie te zijn, doorloop je vier stappen:

  • (H)erkennen van het drama in jezelf.
  • Accepteren van je onvermogen om de situatie te veranderen.
  • Vrij en ontspannen kiezen hoe je te verhouden tot een ‘imperfecte’ realiteit.
  • Ruimte ervaren en ontdekken wat er nu mogelijk wordt.

Het geeft een gevoel van kracht dat we altijd een keuze hebben. Misschien niet de keuze waar we reikhalzend naar uitzien, maar niettemin een keus. En uiteindelijk kan de keuze waarmee we ons verhouden tot een niet gewenste situatie, leiden tot een verschuiving of transformatie. En misschien tot de doorleefde ervaring dat ook een ‘imperfecte’ realiteit veel te bieden heeft.

Bij het schrijven van de blogs ‘Als het (even) tegenzit’ heb ik me laten inspireren door de lessen die ik heb geleerd via Alan Seale, grondlegger van Transformational Presence Leadership, door mijn eigen ervaringen als het (even) tegenzit en door cliënten die bereid waren hun ervaringen met mij te delen.

Als het (even) tegenzit …

Die ochtend meldde ik me ruim op tijd in het hoofdkantoor. Ik zou weer een team coaching verzorgen. Dan ben ik graag op tijd. Toen ik de opgegeven ruimte in het vergadercentrum binnenstapte, stond ik ineens midden in een serieus ogend gezelschap dat naar een scherm met powerpoint tuurde. Na enig uitzoekwerk van een hulpvaardige medewerkster bleek er sprake van een dubbele boeking. Er was geen vervangende ruimte beschikbaar op deze donderdag, een topdag voor bijeenkomsten en besprekingen. Tja, wat doe je dan?

Wordt dit de druppel?

Dit is natuurlijk een klein incident. En tegelijk kan er in zo’n situatie razendsnel van alles gebeuren. Je verwachtingen komen niet uit. Je goede voorbereiding en start zie je in het water vallen. Je voelt ergernis of boosheid opkomen. Je voelt je misschien gefrustreerd. Zeker als dit gebeurt op een dag dat je je niet zo fit voelt. Of als je wel vaker meemaakt dat dingen niet goed geregeld zijn. Dan kan dit akkefietje zelfs de spreekwoordelijke druppel zijn waarmee jouw emmertje overloopt. In gedachten of hardop mopper of scheld je op alles wat er tegen zit op dit moment en niet te vergeten alle keren hiervoor.

Wie kies je te zijn?

De meeste dingen  gebeuren  zonder dat we daar enige controle over hebben.  Je verliest je baan bijvoorbeeld. Of je voelt dat je vast zit in een baan en je hebt nu niet de mogelijkheid eruit te stappen. De collega met wie het lastig samenwerken is, kun je niet achter het behang plakken. Je wordt ziek of een dierbare sterft. Allemaal dingen die gebeuren zonder dat we daarvoor kiezen. Waar we wel voor kunnen kiezen, is wie we kiezen te zijn als het (even) tegenzit. Het woordje ‘kiezen’ is essentieel hierin. Kiezen omvat namelijk even afstand nemen van de situatie en een bewuste beweging maken om met de tegenslag om te gaan. Doe je dat vanuit verzet tegen de realiteit  met alle bijbehorende emoties of zet je een klein, eerste stapje vanuit een andere gemoedstoestand? Wat is de keuze die je maakt om je te verhouden tot de lastige situatie die zich aandient?

Elk moment opnieuw

Zeker als er sprake is van regelmatig terugkerende of lang durende tegenslagen is een keuze niet eenmalig. Dan zul je ervaren dat je telkens opnieuw, soms van moment tot moment uitgedaagd wordt om een keuze te maken wie te zijn. Niet altijd de keus waar we reikhalzend naar uitkijken. En het is zeker niet eenvoudig om zo’n keuze te maken. Maar keus is er altijd; ook op momenten dat we denken dat ons van alles overkomt.

Wordt vervolgd

En hoe ging het verder met de team coaching zonder zaal? Ik koos ervoor om open te staan voor wat er te gebeuren stond, wat het ook was. We vonden dicht bij de werkplek een kleine ruimte. En er gebeurden nog meer dingen die anders liepen dan we graag wilden. Kortom, we waren echt aan het werk en konden kiezen hoe ons te verhouden tot een ‘imperfecte’ realiteit. Want wanneer gaat het eigenlijk wel zoals tevoren bedacht, verwacht of zoals we graag zouden willen? In een volgend blog ga ik hier verder op in.

 

Als alleen het resultaat telt

Enkele medewerkers van een groot bedrijf vertellen: “Het gaat bij ons alleen om het resultaat. Hoe je het doet, linksom of rechtsom, het enige wat telt is het resultaat.” Ik vraag naar hun ervaringen met deze ‘ongeschreven regel’ van hun bedrijfscultuur. “Als je succes boekt, is dat natuurlijk fijn. Dat maakt je positie steviger.” Een van hen vult aan: “Hoewel ik vorige week van een collega te horen kreeg dat ‘mijn’ voorstel had gewonnen. Ik vond het jammer dat hij het zag als mijn voorstel en niet als iets waar we met zijn allen beter van worden.”
En als je geen resultaat boekt? “Dan is er weinig tot geen aandacht voor je verhaal.  Er straalt dan toch iets op je af dat je hebt gefaald.” “Zoiets moet dus niet te vaak gebeuren”, vult een ander aan, “want dan heb je wel een probleem.”

Positieve indruk

Op het eerste gezicht klinkt ‘Alleen het resultaat telt’ stimulerend. Je hebt immers de vrijheid om linksom of rechtsom te gaan. Het is ook lekker doelgericht. Je weet waar je aan te werken hebt. En motiverend is het ook want als het lukt, kom je zeker even in het zonnetje te staan. Maar wat zien we bij nadere beschouwing? Een eenzijdige focus op resultaat laat een essentieel element van samenwerken onbenut: reflecteren en leren als individu en als team.

Bij nadere beschouwing

OK, je hebt succes en jij of je team wordt even in het zonnetje gezet. Ben jij zelf of zijn anderen dan nog geïnteresseerd hoe het resultaat is gerealiseerd? Of worden de inspanningen als min of meer vanzelfsprekend gezien?

Dit zijn enkele reflectie- en leervragen bij een succes:

  • Ben jij je bewust van de kwaliteiten van jezelf en van anderen die een rol hebben gespeeld?
  • Kijk je hoe jij en je collega’s de succesfactoren kunnen uitbouwen en versterken voor jezelf en voor het grotere geheel (team, organisatie)?

Dit gaat niet over jezelf op de borst slaan, zelfingenomenheid of zelfvoldaanheid. Het gaat over individuele en collectieve ‘lessons to be learned’ uit een succes-ervaring.

Wat zien we over het hoofd?

Als er geen of onvoldoende resultaat is bereikt, kun je je ervaringen dan delen zonder een gevoel van schuld of schaamte?

Dit zijn enkele reflectie- en leervragen als er geen succes is:

  • Kijk je samen met collega’s en andere betrokkenen welke inspanningen hebben gewerkt?
  • En welke inspanningen geen of minder effect hebben gehad?
  • Vraag je feedback?
  • En krijg je feedback waarmee je echt verder komt?
  • Krijg je voor jezelf en je team een helder inzicht in eigen rol en bijdragen waarmee jullie je voordeel kunnen doen?

Dit gaat niet over jezelf verschuilen, indekken of je verantwoordelijkheid afschuiven. Het gaat over individuele en collectieve ‘lessons to be learned’ uit een minder succesvolle ervaring.

 

Tien manieren om The Work niet te doen

‘The Work van Byron Katie’ is een werkwijze om te onderzoeken hoe je je verzet tegen een realiteit die je niet bevalt. In het onderzoek ontdek je hoe je anders, meer ontspannen kunt omgaan met deze realiteit. Dit betekent niet dat er nooit meer iets zal zijn wat je niet bevalt. Je verruimt wel aanzienlijk je mogelijkheden om met lastige of moeilijke situaties en gebeurtenissen om te gaan.

The Work bestaat uit vier vragen en een omkering. Dat lijkt heel eenvoudig. Het daadwerkelijk toepassen is soms helemaal niet makkelijk. Toen ik aan mijn onderzoek met The Work begon, werkte het aanvankelijk heel goed. Ik had minder stress en werd rustiger. Later nam dat effect af en liep ik er soms gefrustreerd in vast. Terwijl ik juist dacht dat ik goed bezig was.

Zo doe je The Work niet

Wat was er aan de hand? In feite deed ik toen niet echt The Work. Grace Bell, een collega gecertificeerd begeleider  in The Work, heeft tien manieren verzameld die ervoor garant staan dat je van alles doet behalve The Work. Welke zijn dat?

  1. Schrijf nooit een werkblad. Schrijf sowieso nooit iets op. Doe het onderzoek uitsluitend in gedachten. Stel jezelf alleen de vragen die je je op dat moment kunt herinneren.
  2. Als iemand je irriteert, boos of bang maakt, ga dan jezelf de les lezen. Word boos op jezelf omdat je nog steeds zo van streek kunt raken. Probeer met behulp van The Work jezelf zo snel mogelijk te ‘fixen’ naar een toestand waarin je niet meer zo van streek raakt. (Dit was indertijd mijn favoriete manier.)
  3. Doe The Work uitsluitend op gedachten en oordelen over jezelf. Je hebt geen enkel oordeel over wie dan ook. Dat stadium ben je namelijk al lang voorbij. Jij weet immers dat het altijd over jezelf gaat.
  4. Noteer stressvolle gedachten of oneliners die opkomen, zoals ‘Hij luistert niet naar me’. Schrijf alleen deze losse gedachten op en geen volledig werkblad.
  5. Stel jezelf vraag 1: “Is het waar?” en reageer in de trant van: “Wat is waar?” of “Niets is ooit helemaal waar”. Besteed geen tijd aan het onderzoek van de eerste vraag. Ga door met de volgende vraag.
  6. Als je antwoord geeft op vraag 2: “Is het absoluut waar?”, ga dan uitleggen waarom het volgens jouw professionele mening wel of niet waar is. Iets als: “Wel, het is waar omdat …” en vertel een lang en genuanceerd verhaal met zijpaden en voetnoten.
  7. Als je bij vraag 3 bent aangekomen: “Hoe reageer je, wat gebeurt er als je de gedachte gelooft?”, stort je dan in een verhaal hoe deze persoon niet alleen in de recente situatie jou iets aandeed maar ook al vorig jaar, het jaar daarvoor en eigenlijk al zolang je hem of haar kent. Dat anderen ook problemen met hem/haar hebben, dat het dus zeker niet aan jou ligt. Geef vele voorbeelden waaruit blijkt dat jij met een vreselijk mens te maken hebt (gehad). Maak duidelijk dat jij slachtoffer bent.
  8. Bij vraag 4: “Wie zou je zijn zonder die gedachte?” raak je aardig in de war. Steek je handen in de lucht en zeg “Ik heb geen flauw idee”. Zeg dat je niet genoeg verbeeldingskracht hebt en dat je je werkelijk niet kunt voorstellen hoe het zou zijn zonder de gedachte. Of nog beter, dat je leven zonder die gedachte zelfs onmogelijk zou worden.
  9. Als je een stressvolle gedachte hebt, sla de vier vragen over en ga direct naar de omkeringen. Als je bijvoorbeeld de gedachte hebt ‘Ik ben bang van mijn baas’, keer je deze gedachte meteen om naar: ‘Ik ben niet bang van mijn baas’. En dan spring je een gat in de lucht: “Yeah! Dat is ‘t. Natuurlijk ben ik niet bang van mijn baas”.
  10. Elke stressvolle gedachte die je hebt over iemand anders, keer je onmiddellijk om naar jezelf. Bijvoorbeeld ‘Hij liet me in de steek’ wordt meteen ‘Ik liet mezelf in de steek’. Hiermee heb je een excuus om nooit met iemand een moeilijk gesprek te hoeven aangaan, verbinding te zoeken of iets te veranderen. Voel je vooral beroerd over jezelf.

Wat werkt wel?

Ben je er nog? En … kun je er ook om lachen? Dat hoop ik echt. The Work werkt fantastisch, is eenvoudig en niet makkelijk. Wil je ervaren hoe je The Work kunt doen op een manier die werkt? Neem dan contact met mij op of met een andere gecertificeerde begeleider.